Pastoors en kapelaans 1400-1559

Vanaf 1919 publiceerde pastoor G. C. A. Juten van Willemstad in opeenvolgende jaargangen van het tijdschrift "Taxandria; tijdschrift voor Noordbrabantsche geschiedenis en volkskunde", een overzicht van alle kerkelijke beneficiën in het voormalige dekenaat Hilvarenbeek, waartoe ook Loenhout behoorde tot aan de oprichting van het bisdom Antwerpen in 1559.  Het is een zeer grondige studie met vele voetnoten en een zeer gedetailleerd verslag van vindplaatsen van informatie.

Ons overzicht van pastoors en kapelanen / onderpastoors was gebaseerd op een tekst van pater Bogaerts uit 1975, die terug te vinden is bij de Heemkundige Kring Wesalia. In zijn inleiding stelde Bogaerts dat hij G.C.A. Juten geraadpleegd had, maar tot onze niet geringe verbazing bleek er toch nog heel wat informatie niet overgenomen te zijn.

We pasten dus onze biografieën overeenkomstig aan, waarbij we in zoverre mogelijk aangaven welke informatie van Juten kwam, en welke informatie van andere bronnen die Bogaerts aanboorde. Het is jammer dat Bogaerts geen voetnoten gebruikte, zodat we nooit weten waarop hij zich precies baseert. We troffen gelukkig geen tegenspraken  aan tussen Juten en Bogaerts, maar soms wel extra informatie die Juten niet vermeldde.

Met de studie van Juten konden we ons ook een beter beeld vormen van diverse priesters door te gaan kijken in welke andere parochies, onder patronaat van Sint-Bernards, ze nog actief geweest waren. Als ze volgens de Luikse registers in Leuven gestudeerd hebben, konden we ook hun inschrijving opzoeken in de matrikels van de Oude Universiteit, om zo een nog vollediger beeld te krijgen.