1675-1687 Philibert de Soto mayor

Don Esteban de Gamarra y Contreras, schoonvader van Philibert de Sotomayor, Heer van Loenhout

Philibert de Sotomayor en Madeleine de Gamarra waren erfgenamen van Louisa de Baron, vrouwe van Loenhout.

Philibert de Sotomayor y Benavides kocht van Eleonora de Cordua, weduwe van de Markies Don Alexandro Secco Arragon, de Heerlijkheid van Melin bij Geldenaken (Jodoigne). De koning van Spanje heeft op 25 augustus 1655 de Heerlijkheid van Melin tot markizaat verheven ten voordele van Philiberto1.

Deze Philibert de Sotomayor, de markies de Melin dus, was gehuwd met Madeleine de Gamarra y Contreras. Zij was de dochter van de bekende Don Esteban de Gamarra y Contreras3 geboren te Brussel in 1593 en overleden te Den Haag op 8 augustus 1671, generaal en ambassadeur, en van Maria Orisna. Don Esteban de Gamara Y Contreras had, naast Madeleine, meerdere dochters en één zoon Antonio, kolonel van de ruiterij die jong zal overlijden in 1656, bij het beleg van Valencijn, strijdend aan de Spaanse zijde. Joost van de Vondel schreef voor hem een gedicht4:

"Lyckklaght over D. Antonio de Gamarra, Kolonel van een regement paerden, zoon van zijne Excelentie D. Estevan de Gamarra, Ridder van St. Jakobs Orden, Krijghsraet en algemeen Veltheer van zijne Katholijcke Majesteit, slotvooght van Gent en Gezant by de Hoge Mogende Heeren Staeten der Vereenighde Nederlanden"

Nu leght onze oorloghsbloem
Antonio, die brave, heden
Verwelckt, ontijdigh afgesneden
Van 's levens struick. O roem
En ongewisse schijn van 't leven,
Geen eigendom, maer leen,
Den goên en quaên gemeen,
Terwijl de vroomsten d'eerste sneven!
Dit hooft van zoo veel volck,
Een slaghpen aen den rechten vlogel
Van 't maghtigh heir, zagh kling noch kogel,
Pistool, noch speer, noch dolck,
Noch wallen aen, noch krijghskornetten,
Om met zijn dappre hant
Het Konings Nederlant,
Voor Valencijn, by nacht, t'ontzetten.
Zoo komt de jonge leeuw,
Voor zon, uit zijnen leger brullen,
Woestijn en wildernis vervullen
Met zijnen nuchtren schreeuw.
De voncken branden uit zijne oogen.
Het felste tygerdier
Moet zwichten voor dat vier,
En deizen, waer hy komt gevloogen.
In zulck een' gloet en schijn
Verscheurt hy vaenen en geleden
Des vyants, die, dus overstreden,
De zwangre karrabijn
Quam op zijn' boezem los te drucken,
En schoot hem d'arrempijp,
Te vroegh ten oorlogh rijp,
In 't barnen van dien storm, aen stucken.
Zoo baent hy Oostenrijck
Den wegh ter stede in met zijn benden,
Die over 's vyants neêrlaegh renden.
Gamarra, 's vroomen wijck,
Ghy sterft voor uwen ouden Vader
Te jong, die aen de Kroon
Zijn eenigh pant, en zoon,
En erfgenaem (wat raeckt hem nader!)
Zoo milt ten beste geeft,
En spreeckt, al schreit het lant om 't deerlijckst:
'Dus offer ick mijn bloet op 't heerlijckst.
'Hy storf geensins, maer leeft.
De brave Pallas quam Evander
Dus t'huis, van zijnen toght,
Eer Troje prijs bevocht,
En won met zegenrijcken stander:
Maer dees Kornel verwon,
Zoo lang voor 't sterven en doots vlaegen,
Zagh eerst de zege in 't velt opdaegen,
En rijzen met de zon.
Och, had het lot der oorelogen
Dien trouwen Helt gespaert,
En, naer zijn vaders aert,
In 's vaders ampten opgetoogen;
Wat vruchten had het Rijck
Genooten, noch een ry van jaeren!
Bestroit met onverwelckbre blaêren
Dit zegenwaerdigh lijck.
'Al wat ter weerelt leeft is sterfelijck.
'Het lichaem smilt, als Was:
'De zerck bestulpt onze asch:
'De Deught alleen is onbederfelijck.

(Werken van van Vondel , deel 8, 1656-1660, p. 202)

Philibert vertrok evenwel terug naar Spanje en liet het beheer van zijn erfenis over aan zijn echtgenote. Vandaar dat er in de teksten van Van Aken sprake is van de markiezin van Melin op het slot van Loenhout2. Of zij werkelijk in het kasteel woonde dat in het boek van J. Leroy in die periode zo mooi getekend werd, weten we niet. Wel is er een onkostennota bekend voor haar verblijf te Loenhout van 1680-1681. Dit wijst erop dat ze niet altijd in Loenhout was.

Wapenschild "Philibertus de Soto Major Benavides y Gevarra, Marchio de Melin, dominus de Loenhout etc."

Het wapenschild van Philibert de Soto heeft Leroy laten optekenen in zijn boek. Het heeft een kroon en bestaat uit vier delen. Er staat in twee kwartieren een blauwe arm met zwaard op een rood veld. In de twee andere staat een groene, getongde leeuw op een wit (zilver) veld. Helemaal onderaan staat een rode kop van een stier in een gouden veld. In het midden staat waarschijnlijk het alliantiewapen van de vrouw, drie balken met zwart witte blokjes op een zilveren veld.

In 1682 werd met haar toestemming een nieuw orgel besteld voor de kerk.

De schulden te Loenhout waren echter zo groot dat Margaretha met de volmacht van haar man de goederen in 1684 trachtte te verkopen. Toen dit niet lukte werden in 1687 de beide heerlijkheden te Brussel openbaar verkocht. De tussenpersoon bij die verkoop was Jacob Ferdinand Thouart. De zusters van het gasthuis van Turnhout en van St.-Geertrui te Brussel hadden klacht ingediend wegens het niet betalen van de legaten. De koper was notaris Peter van No, handelend in naam van Johan Louis van Siegen en Sechten. De vader van Johan Louis van Siegen en Sechten was één van de schuldeisers geweest van Louisa Adriana de Perez. De koopprijs bedroeg 55.000 gulden, onvoldoende om alle schulden te betalen.

Philiberto de Sotomayor y Benavides overleed in 1688 en zijn echtgenote Madeleine in december 1722.

Het koppel had meerdere kinderen, die echter geen van allen hun moeder overleefden. Zij liet haar bezittingen over aan haar "vertrouwensman" Philippe Jacques van der Laen.

Voetnoten
1."Lettres patentes de Philippe roi de Castille etc., du 23 août 1655, érigeant la terre de Melin en marquisat en faveur de messire Philibert de Sotomayor Emmanuel Benavides et Geuvarra, seigneur de Villa Buena, dite Palomar, de Paragon en Espagne et de Melin aux Pays-Bas " Bron: Inventaris van de archieven van het Feodaal Hof van Brabant , t I, p. 58, L. Galesloot.
2. De Sotomayor wordt omschreven als onder andere Heer van Loenhout en Poppendonk : "André Snellinck, secrétaire au conseil privé c. Dona Madelena Adriana de Gamara y Contreras, veuve de Philibert de Sotomayor etc., marquis de Melin, seigneur de Loenhout et Poppendonck: Saisie des deniers consignés au greffe de la cour féodale, provenant de la vente de la baronnie de Gaesbeek." Bron: Inventaris van de archieven van het Feodaal Hof van Brabant, t II, p. 399, L. Galesloot.
3. Zijn besluiten vangen aan met - letterlijk citaat van de tekst - : "Nous Messire Don Estevan de Gamarra y Contreras, chevalier de l'Ordre Militaire de S Jaques, Conseiller de sa majesté en ses conseils suprêmes de Guerre, des Pais Bas et de Bourgogne auprès de sa royale personne, Maistre de Camp Général, Gouverneur du château de Gand et Ambassadeur auprès des Seigneurs Estats Généraux aux (dit) provinces Unies des dits Pais Bas." Bron: Historie of Verhael van saken van staet en oorlogh, in, ende ontrent de Vereenigde Nederlanden ..., p. 608, v 13, Lieuwe van Aitzema, 1669.
4. Bron: http://www.dbnl.org/tekst/vond001dewe08_01/vond001dewe08_01_0013.php

Bronnen: