Nieuwe Popendonkse Hoeve

De heren van Loenhout zijn eeuwenlang eigenaars geweest van twee grote pachthoeven op Popendonk; de oude en de nieuwe Popendonkse hoeve genoemd. In 't archief van de heerlijkheid zijn hierover heel wat gegevens bewaard gebleven.

In een document van rond 1676 worden de eigendommen opgesomd van markies de Melin, de toenmalige heer van Loenhout. Hij bezat oa de nederhoeve bij het kasteel, de nieuwe en oude Popendonkse hoeve en de hoeve 't Verbrand Hof op Klein Neerven.

De gebouwen van de nieuwe Popendonkse hoeve stonden op het perceel n° 1159 van de figuratieve kaart, nu Larenweg n°24 waar Jos Segers en Corrie Koeken wonen.

In 't cijnsboek van circa 1650 is er al sprake van de nieuwe Popendonkse hoeve.

De oudste pachter die we terugvonden is Jan Sels. Hij woonde er reeds in 1662 en bleef er tot 1670. Toen hij er wegging werden al zijn goederen verkocht “tot betaelinge van de achterstallige pachtpenningen..”

Dit vertelde zijn zoon Jan Sels Jansone op 6 november 1684 voor de Loenhoutse schepenen. Volgens hem had zijn vader nadien geen enkele eigendom meer gehad en was hij 'insolvent' overleden.

Peeter Jan Gabriels werd vanaf 1671 de pachter op de nieuwe Popendonkse hoeve.

Peeter Jan Gabriels en Ida Verkoyen

Peeter Jan Gabriels, geboren in Wuustwezel in 1637, trouwde te Zundert op 18 juni 1669 met Ida Verkooyen. Zij werd in Zundert geboren op 21 september 1636 als dochter van Peeter Jan Verkooyen en Dimphna Jan Roovers. Er is een beschrijving bewaard van alle percelen die toen tot de nieuwe Popendonkse hoeve behoorden. De totale oppervlakte bedroeg bijna 18 bunders of 24 ha. Hiervan waren 6 bunders 227 roeden akkerland, 6 bunders 195 roeden weiden en 4 bunders 270 roeden beemden.

Op 23 januari 1680 heeft Marcellus Marcelli, rentmeester van het kasteel, het pachtcontract met Peeter Jan Gabriels vernieuwd. Hij betaalde 200 gulden pachtgeld per jaar voor "de hoeve die men noempt de nieuwe Popendonksche hoeve."

Bij de telling van de bevolking in 1693 werden als bewoners van de hoeve opgegeven: Peeter Jan Gabriels en Ida Verkooyen zijn vrouw, en hun kinderen Dimphna en Cornelis. De 3 kinderen van Antoon Jan Gabriels, met name Cornelis, Peeter en Cathelijn en Jacob Cornelis Jacobs hun cnecht, en Cathelijn Adriaenssens.

Peeter Jan Gabriels stierf op 6 maart 1695. De weduwe wordt nog vermeld in de zetboeken tot 1698. Daarna werd haar schoonzoon Hendrik Adriaan Bartholomeeusen de nieuwe pachter. Hij was op 26 oktober 1689 getrouwd met Petronella Gabriels. Na de dood van Petronella in 1704 hertrouwde Hendrik Bartholomeeusen met Cornelia, dochter van Cornelis Jan Verhaert. Toen Hendrik in 1712 overleed heeft de weduwe de nieuwe Popendonkse hoeve verlaten. Bertel Jan Peeters kwam er in 1713 als de nieuwe pachter. Hij was toen pas getrouwd met Petronella Lenaert Huybrechts. Ze zijn op Popendonk gebleven tot 1721 en werden opgevolgd door Peeter Cornelis Peeters.

Peeter Cornelis Peeters en Cathelijn Adriaan Nuyten

Op 13 februari 1722 heeft Petrus Herry, schout van Loenhout, in naam van de kasteelvrouw Bernardine Louise Herry, de nieuwe Popendonkse hoeve verhuurd aan Peeter Cornelis Peeters. De hoeve “met huysinghe, schuere, schaepskoye, hoven, driessche, landen, bemden, weyden, heyden..” werd verhuurd voor de prijs van 260 Brabantse gulden per jaar. De nieuwe pachter kon ze in gebruik nemen vanaf 15 maart 1722. Het pachtcontract werd opgemaakt door de Brusselse notaris Léonard Constantin Gerardin.

Peeter Cornelis Peeters was op 25 januari 1717 getrouwd met Cathelijn Adriaan Nuyten. Hun derde kind Cornelis werd nog in Wuustwezel geboren op 21 januari 1722. Enkele maanden later woonde het gezin op Popendonk.

Peeter Cornelis Peeters stierf op 30 juni 1732. Drie dagen na de dood van haar man moest Cathelijn Nuyten toezien hoe de veestapel en inboedel aangeslagen werden door de eigenaar van de hoeve Petrus Herry als betaling van de achterstallige huur.

Het was een grote veestapel voor die tijd; acht koeien, tien 'leege beesten', zevenentwintig schapen, zeventien lammeren, twee paarden, veertien 'stocken bieën”.

Verder werden nog twee koperen koeketels, een koperen melkkan, twee ploegen en vier karren aangeslagen.

Cathelijn Nuyten is nog enkele jaren op Popendonk gebleven. Vanaf kerstmis 1734 waren Jan Peeters en Cornelia Dielis Francken de pachters. Zij betaalden 200 gulden per jaar.

De nieuwe Popendonkse hoeve kreeg op 26 februari 1734 een andere eigenaar; Joannes Walckiers, heer van Oostwinkel. Jan Peeters en Cornelia Francken hebben slechts vier jaren op de hoeve gewoond. Eind 1738 werden zij opgevolgd door Jan Anthonissen en Elisabeth Goetstouwers.

Jan Anthonissen en Elisabeth Theodoor Goetstouwers

Vanaf kerstmis 1738 werd Jan Anthonissen de pachter op de nieuwe Popendonkse hoeve voor een termijn van acht jaar. De pachtprijs bedroeg 200 gulden per jaar. Zijn vrouw Elisabeth Goetstouwers was de dochter van Theodoor Goetstouwers en Catharina Van Looveren, die pachters geweest waren op de oude Popendonkse hoeve.

Na een tweede pachttermijn werd Jan Anthonissen eind 1757 opgevolgd door Michiel Melsen Mertens. Hij was getrouwd met Catharina Goris Rombouts. Op 9 oktober 1769 werd het pachtcontract vernieuwd tot kerstmis 1775, maar in 1772 deed Michiel Mertens afstand van de huur waar hij nog recht op had. Hij trok met zijn gezin naar zijn boerderij op Sneppel die hij een paar jaren voordien gekocht had.

Op 30 oktober 1772 heeft Jan Baptist François Hermans, in naam van Joannes Josephus Walckiers, de nieuwe Popendonkse hoeve verhuurd aan Jan Peeter Leys voor de som van 225 gulden. Hij was afkomstig van Wuustwezel en zijn vrouw Petronella Dries van Kalmthout.

Maar enkele jaren later waren er moeilijkheden met deze pachter. Op 4 september 1776 kreeg hij opzegging van huur omdat hij “aen verscheyde artikelen sijnder conditie is mankerende..”

De vorster of veldwachter werd met de zaak belast; “ick onderschreven vorster relatere dese voors. opsegginge gedaen te hebben..” Jan Peeter Leys was niet akkoord met de opzegging en liet de vorster weten “dat hij dat niet aenneemt, dat hij niet en weet dat hij buyten de conditie heeft misdaen..” Daarna stemde hij toch in om afstand te doen tegen eind 1776.

Na hem kwam Gabriel Laureys Aernouts er wonen.

Gabriel Laureys Aernouts en Maria Catharina Bromans

Met kerstmis 1776 werd Gabriel Laureys Aernouts voor de prijs van 225 gulden de pachter op de nieuwe Popendonkse hoeve. Zijn vrouw Maria Catharina Bromans was een jaar voordien overleden. Op 30 juni 1778 hertrouwde hij met Adriana Matthijssen, weduwe van Michiel Van Staeyen.

Op 26 maart 1777 werd er een kostenberaming gemaakt om de daken van de gebouwen te herstellen. We lezen daarover; “Prise ende schattinge gedaen bij ons ondergeteekende geëede stroydeckers... van de daeken van de huysinge, schuere ende torfhuys van de hoeve genaemt de nieuwe Popendonksche hoeve, competerende den heere van Loenhout, actuelijck in huere bij Gabriel Laureys Aernouts..”

De kosten aan het dak van de schuur werden geraamd op 50 gulden, van het huis en het torfhuis elk op 30 gulden.

Gabriel Laureys Aernouts is niet lang op de nieuwe Popendonkse hoeve gebleven. Na zijn huwelijk met Adriana Matthijssen verhuisde hij naar 't Sneppel. Lenaert Francken werd de nieuwe pachter op Popendonk. Hij is er gebleven tot eind 1787. Zijn opvolger was Petrus Bolckmans.

Petrus Bolckmans en Elisabeth Janssens

Petrus was afkomstig van Wortel en Elisabeth was in Meer geboren. Vanaf kerstmis 1787 woonden zij op Popendonk. Petrus Roubens maakte het huurcontract op in naam van de kasteelheer Joannes Josephus Walckiers. Voor de hoeve met 20 bunders land werd 225 gulden pachtgeld aangerekend. Hij moest een borgsom van 700 gulden betalen. Petrus Bolckmans en Elisabeth Janssens zijn tot eind 1799 op de nieuwe Popendonkse hoeve gebleven.

De kasteelheer Joannes Josephus Walckiers, eigenaar van de hoeve, heeft op 2 maart 1799 het kasteel en alle andere bezittingen in Loenhout verkocht aan Petrus Frans Stevens. De verkoopakte werd in 't Frans opgesteld door notaris Pierre Joseph Dupré van Brussel. Na de plechtige aanhef “Au nom de la République Française”, worden de verkopers genoemd, ontdaan van hun adelijke titels; “Le citoyen Jean Joseph Walckiers e son épouse la citoyenne Cornelie Oonincx..” Zij woonden toen in Brussel.

Na het vertrek van Petrus Bolckmans kwam Marten Vissers met zijn gezin naar de nieuwe Popendonkse hoeve.

Marten Vissers en Dimphna Janssens

Petrus Frans Stevens verhuurde vanaf 1800 de hoeve aan Marten Vissers, zoon van Frans Vissers en Maria Schoepen. Hij werd geboren op 30 april 1757, enkele maanden vóór de dood van zijn vader. Marten Vissers trouwde een eerste maal in 1787 met Maria Ooms. Zij gingen boeren op Terbeek waar hun zes kinderen geboren werden. Maria Ooms stierf op 17 juli 1799. Een half jaar later, 8 januari 1800, hertrouwde Marten met Dimphna Janssens, dochter van Joannes Lambertus en Cornelia Van Gastel. Uit dit tweede huwelijk werden nog verschillende kinderen geboren. In het bevolkingsregister van 1806 worden voor het huis n° 4 op Popendonk de volgende bewoners vernoemd; Marten Vissers 49 jaar, Dimphna Janssens 33 jaar, en de kinderen Jan 18 jaar, Joanna 17 jaar, Dimphna 16 jaar en Anna 13 jaar oud. Er waren nog drie kinderen onder de 12 jaar die niet bij naam genoemd worden. De 60-jarige Hendrik Schoepen woonde er als knecht. Ook de veestapel werd geteld; 8 koeien, 4 kalveren, 2 paarden, een os en twee varkens.

De nieuwe Popendonkse hoeve werd in 1806 eigendom van Petrus De Pauw, die ze op 13 april 1818 doorverkocht aan Jean Claude Bernardin. Petrus De Pauw en zijn vrouw Marie Françoise Couqueil verkochten het kasteel en 10 hoeven met een totale oppervlakte van 472 ha.

Een maand na deze verkoop stierf Marten Vissers (+22-5-1818) Dimphna Janssens overleed op 9 februari 1819. Hun schoonzoon Jan Baptist Lenaerts werd de nieuwe pachter op de hoeve. Hij trouwde op 12 juni 1820 met Anna Catharina Vissers (°25-7-1794) dochter van Marten en zijn eerste vrouw Maria Ooms. Jan Baptist Lenaerts en Catharina Vissers zijn eind 1823 naar Groot Zundert verhuisd. Wouter Vergouwen en Catharina Rombouts kwamen begin 1824 op de nieuwe Popendonkse hoeve wonen.

Wouter Vergouwen en Catharina Rombouts

Wouter Vergouwen (°15-4-1775) (genealogie) was de zoon van Adriaan Vergouwen en Anna Maria Van Dijck. Hij trouwde op 25 augustus 1806 met Catharina Rombouts (°2-3-1776) dochter van Cornelius Rombouts en Adriana Van Staeyen.

Vanaf 1813 woonden zij op Popendonk, op een hoeve die ook tot de eigendom van het kasteel behoorde (nu Kustermans) Begin 1824 verhuisden zij naar de nieuwe Popendonkse hoeve. In de bevolkingslijst van 1830 worden naast de ouders vijf kinderen vermeld; Cornelis 22 jaar, Adriaan 20 jaar, Lucia 18 jaar, Geert 16 jaar en Jan Baptist 13 jaar.

Wouter Vergouwen stierf op 3 december 1834. De aangifte op het gemeentehuis werd gedaan door zijn 25-jarige zoon Adriaan, en zijn gebuur Christiaan Speltincx 48 jaar, pachter op de oude Popendonkse hoeve.

Op 15 oktober 1841 veranderde de hoeve weer van eigenaar. De twee kinderen van Jacobus Van Beeck-Vollenhoven verkochten het kasteel, de windmolen en 10 boerderijen aan de vier gebroeders Elsen van Antwerpen.

Joannes Adrianus Elsen en zijn vrouw Mathilde Ranscelot kochten twee hoeven “genaemd de oude en nieuwe Popendonksche hoeve, bestaende ieder in groote sterke huyzing voor den pagter, stalling, schuer, wagenhuys, hovingen, grond, erven en allen den toebehoorten, met verscheyde parceelen bouw-en hooyland, weyden, hakhout, mastbosch en heyde, gestaen en gelegen binnen de gemeente Loenhout ten gehuchte van Popendonck en daer omtrent..”

De twee hoeven hadden een gezamelijke oppervlakte van 75 ha 22 aren. De nieuwe Popendonkse hoeve had ruim 35 ha.

Catharina Rombouts overleed op 22 april 1844. Haar zoon Adriaan Vergouwen werd de nieuwe pachter. Hij werd geboren op 9 februari 1809 en op 30 mei 1843 trouwde hij met Maria Catharina Jochems, dochter van Jan Cornelis Jochems en Joanna Doms. Zij werd geboren op 24 juli 1817.

Adriaan Vergouwen en Maria Catharina Jochems verhuisden op 9 december 1854 naar Zundert. Geert Aertsen en Catharina Keysers werden nu de bewoners van de nieuwe Popendonkse hoeve.

Geert Aertsen en Maria Catharina Keysers

Geert Aertsen, geboren in Hoogstraten op 7 december 1804, was de zoon van Frans Aertsen en Maria Catharina Kersemans. In 1832 kwam hij met zijn ouders naar Loenhout, naar de hoeve van zijn grootouders Jan Aertsen en Adriana Van den Boom in de Beirestraat. Op 26 april 1834 trouwde Geert met Maria Catharina Keysers, geboren in de Ambachtstraat op 14 juli 1810. Zij was de dochter van Adriaan Keysers en Joanna Vermeiren. Na de dood van zijn ouders kocht Geert op 26 december 1836 de boerderij in de Beirestraat. Hij heeft er gewoond tot eind 1854.

Op 27 december 1854 trok hij met zijn gezin naar de nieuwe Popendonkse hoeve.

In de Beirestraat werden acht kinderen geboren. Nummer negen, Dimphna, werd in 1856 op Popendonk geboren.

In 1856 woonden op de Laren de volgende vijf gezinnen:

  1. Peer Jan Luyckx 42 jaar, landbouwer,en Joanna Kinschots 37 jaar. Hun zoon Petrus was toen één jaar oud. Voordien hadden op deze hoeve drie generaties van de familie Van de Cloot gewoond.
  2. Jef Pelles 44 jaar, landbouwer, en zijn vrouw Maria Anthonissen 41 jaar.
  3. Willem Van de Locht 50 jaar, landbouwer, en Joanna Sips 47 jaar, en hun zes kinderen.
  4. Geert Aertsen 52 jaar, en Maria Catharina Keysers 46 jaar en hun negen kinderen.
  5. Jan Stoffels en Anna Cornelia Van Thillo, zij waren pachters op de oude Popendonkse hoeve.
  6. Geert Aertsen en Catharina Keysers werden in 1880 opgevolgd door hun jongste zoon Jan.

Jan Aertsen en Maria Dimphna Vrins

Jan Aertsen werd geboren in de Beirestraat op 13 april 1853. Hij trouwde op 18 november 1879 met Maria Dimphna Vrins, geboren in Zundert op 19 mei 1858. Zij was de dochter van Simon Vrins en Maria Mertens. In 't gezin Aertsen-Vrins werden dertien kinderen geboren

  1. Maria °29-8-1880 + 31-1-1881
  2. Frans °25-1-1882 x Joanna Maria Aernouts
  3. Louis °19-12-1883 x Net Vissers
  4. Jef °9-4-1886 x Theresia Quirijnen xx Joanna Bogaerts
  5. Theresia ° 8-1-1888 x Jan Kennis
  6. Joanna ° 21-5-1889 x August Kennis
  7. Corneel °20-2-1891 ongehuwd
  8. Bert ° 5-12-1892 ongehuwd
  9. Maria ° 12-1-1895 x Jef Van Staey xx ....... Mees
  10. Catharina °21-9-1896 x Louis Bogaerts
  11. Louisa °18-8-1899 x Jan Collet
  12. Cornelia °4-9-1901 x Jaak Kuypers
  13. Adriaan °2-6-1905 x Colete Joosen

Op 25 september 1896 hebben de kinderen en erfgenamen van Jan Adriaan Elsen en Mathilde Ranscelot hun eigendom in Loenhout, Zundert en Meer verkocht. Het waren zeven boerderijen met een totale oppervlakte van 217 ha 38 aren.

De verkoopakte is terug te vinden in 't archief van de Antwerpse notaris Frederik August Ghijsens.

Corneel Aertsen kocht zes boerderijen met 169 ha grond voor de som van 217.000 F.

Hij deed de koop in naam van verschillende personen.

  • Koop 1 = de oude Popendonkse hoeve met 40 ha 80 aren voor 54.500 F. Corneel Aertsen kocht in naam van Henri Elsen, een van de mede-erfgenamen.
  • Koop 2 = de nieuwe Popendonkse hoeve met 38 ha 11 aren ging naar Jan Aertsen voor 50.000 F. Deze hoeve werd door hem in huur gebruikt voor 1.300 F per jaar.
  • Koop 3 = hoeve op de Laren met 26 ha 59 aren werd voor 29.500 F verkocht aan Petrus Luyckx. Hij woonde er als pachter.
  • Koop 7 = hoeve op Popendonk met 18 ha 30 aren. Corneel Aertsen kocht deze hoeve voor eigen rekening. Prijs 27.000 F. Petrus Van Looveren woonde er als pachter.
  • Koop 8 = hoeve op Terbeek met 19 ha 60 aren, werd verkocht aan Theresia Aertsen, weduwe Adriaan Vermeiren. Theresia was de zuster van Corneel. De weduwe en kinderen van Corneel Marijnissen hadden deze hoeve in huur voor 940 F.
  • Koop 9 = “eene schone en groote hoeve 'het mereltje' onder Zundert..” met 23 ha 86 aren, ging voor 20.500 F naar Cornelius Balemans.

Verder kocht Corneel Aertsen nog 2 ha 66 aren weiland voor Petrus Frans Bleeckx.

Jan Aertsen en Dimphna Vrins waren dus vanaf 1896 eigenaars van de nieuwe Popendonkse hoeve. In de verkoopakte wordt nog vermeld dat Jan eigenaar was van enkele gebouwen, oa het karkot ten oosten van het woonhuis.

Louis Aertsen (°1883) werd vanaf 1913 de bewoner van de nieuwe Popendonkse hoeve. Hij trouwde dat jaar met Net Vissers.

Eind 1944 kwamen Louis Segers en Louisa Beyers er wonen. Hun zoon Jos Segers en Corrie Koeken namen vanaf 1967 het bedrijf over.

Gedenksteen fam. Koeken

Door Maria Gorissen (2015)

Corrie Koeken woonde tijdens haar kindertijd in de Weverstraat 25. In 1954 sloeg het noodlot toe en werd ze als zesjarig meisje voor haar huis overreden door een vrachtwagen. Als bij wonder kwam ze ongedeerd uit het ongeval. Om de hemel te danken voor deze goede afloop, lieten haar ouders een kapelletje met gedenksteen bouwen ter ere van O.L.V. Maria Missie. Het ouderlijk huis en bijhorend kappeltje werden ondertussen afgebroken, maar de gedenksteen zou wel opnieuw een plaats krijgen in het nieuwe huis aan de Weverstraat 25.

Lijst der pachters en bewoners

  1. Jan Sels tot 1670
  2. Peeter Jan Gabriels van 1671 tot 1695
  3. De weduwe Peeter Jan Gabriels tot 1698
  4. Hendrik Adriaan Bartholomeeusen tot 1712
  5. Bertel Jan Peeters van 1713 tot 1721
  6. Peeter Cornelis Peeters van 1722 tot 1732
  7. Cathelijn Nuyten, weduwe Peeter Cornelis Peeters tot 1734
  8. Jan Peeters van 1735 tot 1738
  9. Jan Anthonissen van 1739 tot 1757
  10. Michiel Melsen Mertens van 1758 tot 1772
  11. Jan Peeter Leys van 1773 tot 1776
  12. Gabriel Laureys Aernouts van 1777 tot 1778
  13. Lenaert Francken van 1779 tot 1787
  14. Petrus Bolckmans van 1788 tot 1799
  15. Marten Vissers van 1800 tot 1818
  16. Jan Baptist Lenaerts van 1820 tot 1823
  17. Wouter Vergouwen van 1824 tot 1834
  18. De weduwe Wouter Vergouwen tot 1844
  19. Adriaan Vergouwen van 1845 tot 1854
  20. Geert Aertsen van 1855 tot 1879
  21. Jan Aertsen vanaf 1880
  22. Louis Aertsen vanaf 1913
  23. Louis Segers vanaf 1944
  24. Jos Segers vanaf 1967