Het Fluytershof

Het Fluytershof

Hier hebben vroeger verschillende generaties van de familie Van Ostaeyen gewoond. In ’t meetboek van 1602 wordt Aernout Van Ostaeyen genoemd als eigenaar van een ‘hofstede met land ende groese’ op Sneppel. Bij de verdeling van zijn nalatenschap in 1630 werd zijn zoon Adriaan Aernouts Van Ostaeyen eigenaar van de hoeve. Cornelis en Petrus, twee andere zonen van Aernout Van Ostaeyen, woonden eveneens op Sneppel.

Adriaan Van Ostaeyen werd opgevolgd door zijn zoon Jan die in 1671 de eigenaar werd. In een schepenakte van 30 december 1680 wordt de eigendom van Jan Van Ostaeyen geschat op 1800 gulden; 700 gulden voor het huis en de andere gebouwen, 1100 gulden voor de grond. In 1685 verkocht hij zijn boerderij aan Willem Vermeiren en Maria Nuyten. Na hun dood hebben de voogden van hun enige dochter Catharina Vermeiren de hoeve in 1732 verkocht aan E.H. Petrus Van Elsacker, pastoor te Antwerpen Sint Willibrordus. Vlak bij de hoeve lag een stuk grond genaamd ‘het Fluyters’, vijf ‘loopensaet’ groot (ruim 1 ha) De hoeve is dan honderd jaar eigendom gebleven van de familie Van Elsacker, en werd aan verschillende boeren verhuurd. In 1837 hebben de kinderen van Jan Van Elsacker en Catharina Van Soetendael de boerderij verkocht aan Corneel Bogaerts. In de lente van 1839 kwam Corneel van Brecht naar Loenhout. Hij was getrouwd met Elisabeth De Koninck. De volgende bewoners en eigenaars waren Jan Bogaerts en Maria Van Dijck in 1867, Jaak Bogaerts en Elisabeth Aertsen vanaf 1907, Alfons Bogaerts en Maria Vrins in 1948. Leo Bogaerts en May Van Dijck zijn sinds 1979 de vijfde generatie Bogaerts op deze hoeve.