Luchtfoto kerk, ca. 1970

1694-1694 E.H. Stephanus Van Diependael

  Terug naar overzicht

Familie

Hij werd gedoopt als Joannes Philippus Van Diependael op 23 juni 1641 in O.L.V. Antwerpen-Noord, als eerste kind van Franciscus van Diependael (overl. 26/10/1675), juridisch raadsman, en Maria Muytincx (geb. 1614, overl. 7/4/1706). Binnen dit gezin werden de volgende kinderen geboren:

  1. Joannes Philippus (ged. 23 juni 1641), kloosternaam Stephanus
  2. Petrus Ivo (ged. 8 december 1642)
  3. Franciscus (ged. 4 maart 1644), kloosternaam Hiëronymus
  4. Maria Anna (ged. 16 augustus 1645)
  5. Joanna Maria (ged. 8 april 1647)
  6. Melchior (ged. 4 april 1649)
  7. Erisyus (ged. 23 oktober 1650)
  8. Dominicus (ged. 14 januari 1652)
  9. Joannes Augustinus (ged. 26 februari 1654)

Joannes Philippus promoveerde in de rechten aan de Universiteit van Leuven in het jaar 1664, samen met zijn broer Petrus Ivo. (Bron: H. Swinnen (redactie), e.a., Juristen gepromoveerd aan de oude Leuvense universiteit, Project Familiekunde Vlaanderen regio Leuven, 2022) Hij heeft ook nog aan de universiteit van Orléans (FR) gestudeerd.

Zijn jongere broer Petrus Ivo schreef zich op 10 februari 1661 in als student aan de Universiteit van Leuven. Hij promoveerde in de rechten in 1664 (bron: cfr. supra). Van zijn hand vonden we een Latijns gedicht in het boek Sermonum Familiarum van Pieter Scholier (1683).

Uit: Petri Scholirii, Sermonum familiarium (III), opera Alberti Le Roy

Zijn jongere broer Franciscus trad op 1 oktober 1665 in in de Sint-Michielsabdij te Antwerpen, waar hij de kloosternaam Hieronymus aannam. Hij werd pastoor in Minderhout en vervolgens landdeken in Hoogstraten, alwaar hij in 1704 op 61-jarige leeftijd overleed. Van zijn hand vonden ook we een Latijns gedicht in het boek Sermonum Familiarum van Pieter Scholier (1683).

Zijn jongere broer Dominicus promoveerde in de rechten aan de Universiteit van Leuven in het jaar 1675. (bron: cfr. supra)

Loenhout

Joannes Philippus legde zijn plechtige kloostergeloften af in de abdij van Sint-Bernards, in het jaar 1665 en nam de kloosternaam Stephanus aan. In 1669 werd hij tot priester gewijd. Hij was vanaf 1675 onderpastoor in Loenhout. Na het overlijden van zijn voorganger E.H. Bernardus Van Aldenhoven op 22 februari 1694, werd hij reeds een week later tot pastoor benoemd, op 1 maart. Het was duidelijk een overgangsfiguur, want amper negen maanden later, in november 1694, vertrok hij alweer om pastoor te worden in Gastel. Hij overleed in Herentals op 20 mei 1698.

Inschrijving in het Catalogi Religiosorum van de abdij (archief nr. 252) - Leeftijd, professie, priesterschap en overlijdensdatum

 

 

Archiefstukken i.v.m. VAN GEEL, Lucas

Loenhout, Oud Archief, Schepenregister 215, stuk 25

Nr 156 9.5.1746

Cornelis Wouter Ooms x Jenneke van de Cloot zijn 150 gld schuldig aan Lucas van Geel, onderpastoor alhier, verbonden aan een huis in 'de caeterstraete' op Sneppel, een stuk land 2 G op 'd'ast' aldaar.

Loenhout, Oud Archief, Schepenregister 216, stuk 18

Nr 181 30.1.1747

Op 5.10.1746 compareerde voor notaris Marcus Antonius Essers, zuster Lucia van Ditvoorts voegt een codicil toe aan haar testament van 4.2.1745. Zij legateert aan Isabella Vleminckx, geestelijke dochter, een huis 30 R gelegen bij de kerk aan de molenweg. Lucas van Geel, pastoor en Adrianus Peeter Maesmans waren de getuigen. Bij haar overlijden zal Isabella Vleminckx 550 gld verdelen onder de erfgenamen: Peeter, Jan en Adriaen van Ditvoorts.

Notariaat M.A. Essers. Akte n° 46: 31 januari 1745 - Testament

Akte n° 46: 31 januari 1745 - Testament

Op 30 januari 1745 verscheen voor not. Essers zuster Lucia Van Dietvoorts, geestelijke dochter, 'enighsints sieckelijck van lichaem' maar haar verstand, memorie in alles machtig. Alles wat er na haar dood moest gedaan worden tekende zij tot in de puntjes op in haar testament. Zij wilde begraven worden in de kerk van Loenhout. Er moesten 30 missen met requiem en de profundis gecelebreerd worden, voor elke mis als stipendium 9 st en 1 st voor de koster. Aan de lijkbaar moesten kaarsen van een half pond gezet worden, en aan 't hoogaltaar en O.L.Vrouw altaar elk 6 kaarsen van een half pond. Haar gouden professiering moest verkocht worden om een kleed voor 't O.L .Vrouwbeeld te kopen. Een obligatiebrief van 50 gl ten laste van Peeter Bastiaan Vorsselmans schonk zij aan de kerk. Daarvan moest elk jaar op haar sterfdag gedaan worden 'eene singende misse met 6 keersen..' De pastoor moest daarvoor 14 st ontvangen, de onderpastoor 8 st en de koster 6 st. Al haar goederen maakte zij over aan haar 3 neven Peeter, Jan en Adriaan Van Dietvoort. Zij benoemde Lucas Van Geel, onderpastoor, als executeur van haar testament. Het testament is ondertekend door E.H. Lucas Van Geel, vice pastor van Loenhout, en de koster Jacobus Constantinus Van den Ackerveken.